Nimue van Kalker (22) uit Roermond is eerstejaars machinist in opleiding. Dit doet ze bij ROC in Amsterdam en intern bij NS in Eindhoven. De veiligheid wordt tijdens de lessen nadrukkelijk behandeld. Zo ook na het treinongeval in Voorschoten.
Wat voor voorbereidingen heb je gekregen op gebeurtenissen zoals het treinongeluk in Voorschoten?
“Voordat je kunt beginnen aan de opleiding, is het vereist dat je een psychologische test aflegt. Deze test meet onder andere je reactiesnelheid, vermogen om patronen te herkennen, die te onthouden en je vermogen om nieuwe patronen te ontdekken. Het is een intensieve test die maar liefst vier uur duurt. Het slagingspercentage voor deze test is slechts 6%, dus het is een echte uitdaging om deze te halen en toegelaten te worden tot de opleiding.
Eenmaal op school worden we getraind in het omgaan met calamiteiten, zoals springers, suïcides, ongelukken en ontsporingen. Deze training bereidt ons voor op heftige situaties die we in ons werk kunnen tegenkomen.
Voordat we als treinpersoneel aan de slag gaan, krijgen we eerst theorie over hoe we moeten communiceren met de treindienstleider. Deze persoon is verantwoordelijk voor het onderhoud van het treinverkeer in een bepaald gebied. In geval van een ongeluk, zoals een aanrijding met een persoon, moeten we onmiddellijk een alarmoproep plaatsen. Dit doen we door een knop in de trein ingedrukt te houden. Hierdoor wordt al het treinverkeer in de omgeving stilgelegd en rijden alle treinen langzaam en onder een bepaalde snelheid. Dit stelt ons in staat om de situatie onder controle te krijgen en eventuele hulpdiensten te alarmeren.
Wanneer we een alarmoproep hebben geplaatst, krijgen we contact met de treindienstleider. We geven dan de locatie en aard van het incident door en de treindienstleider vraagt of alles in orde is. Het is vervolgens aan de treindienstleider om de hulpdiensten in te schakelen en verdere stappen te ondernemen. In het geval van een heftig ongeval zoals dat in Voorschoten is gebeurd, kan het zijn dat we als treinpersoneel niet veel meer kunnen doen.
Het is van groot belang dat machinisten goed getraind zijn op het voorkomen van calamiteiten en het correct reageren wanneer deze toch plaatsvinden.”
Wat ging er mis in de communicatie rondom het ongeluk?
“Normaal gesproken plaatsen we een gevaarsein wanneer we bijvoorbeeld een alarm activeren. Dit signaal wordt gegeven door de voorlamp van de trein, die drie lampjes heeft. Als er gevaar dreigt, willen we een naderende trein die ons tegemoet komt direct waarschuwen. We maken dan één lampje rood, zodat de ander direct weet dat er gevaar is en moet stoppen. Omdat het ongeval in Voorschoten zo snel en in het donker plaatsvond en de machinist van de goederentrein waarschijnlijk niet bij bewustzijn was, kon de intercity niet op tijd gewaarschuwd worden.
Dit ongeluk was waarschijnlijk niet gebeurd als het overdag had plaatsgevonden: als machinist moet je goed op de hoogte zijn van de route waar je rijdt. Je moet alle snelheden, stations, bochten en wissels op je route kennen. Dit wordt getoetst en geëxamineerd voordat je de route mag rijden. De machinist moet altijd alert zijn op afwijkingen, want als iets niet normaal is, dan is het onveilig.”
Wat was je eerste reactie op het ongeluk?
“Ik schrok behoorlijk toen ik op de hoogte werd gesteld van het ongeluk. Het is moeilijk voor te stellen hoe de passagiers in de trein zich hebben gevoeld, vooral de machinist. Het feit dat de machinist het heeft overleefd en er slechts één dode is gevallen, is verrassend gezien de omvang van de ramp. In een trein zit je zonder veiligheidsgordel en bij zo’n ontsporing is het niet vreemd om een nek- of longletsel op te lopen. Daarnaast had het nog veel erger kunnen aflopen: boven het spoor hangt een bovenleiding van 1800 volt, dit had voor een veel grotere brand kunnen zorgen. De inzittende zijn na het ongeluk uit de trein gevlucht, ook dit is gevaarlijk aangezien er een risico bestaat dat ze worden aangereden door een andere trein. Ondanks dat kan ik begrijpen dat in deze situatie de passagiers de veiligste keuze hebben gemaakt door uit de trein te stappen. Dit benadrukt het belang van veiligheidsmaatregelen en -protocollen die worden gevolgd in dergelijke situaties.”
Heb je zelf al een calamiteit meegemaakt?
“Als machinist heb ik tijdens mijn werk eens een poging tot zelfdoding op Tilburg station meegemaakt. Ik stond daar stil met de intercity naar Den Haag toen een persoon helemaal aan het einde van het perron stond en op het moment dat ik ging rijden voor de trein wilde springen. Gelukkig reden we erg langzaam en konden we de trein snel stoppen. Ik was erg geschrokken maar mijn mentor in de trein hielp me om de situatie onder controle te krijgen. Uiteindelijk is de persoon van het spoor gehaald en opgevangen. De sfeer die er tijdens zo’n incident hangt is triest en ontzettend zwaar. Het is moeilijk om te begrijpen wat er op dat moment in iemands hoofd omgaat.”
Kijk je na het ongeluk anders naar het beroep machinist?
“Als machinist ben je altijd voorbereid op mogelijke ongelukken op het spoor, zoals ontsporingen of aanrijdingen met voertuigen. Dit benadrukt het belang van zorgvuldig werken en het continu controleren van alle aspecten van de trein en het spoor. Alles wat je leert als machinist heeft namelijk een reden en het is belangrijk om te begrijpen waarom je iets leert en hoe je het in de praktijk moet toepassen. Zo moet je bijvoorbeeld controleren of de ramen van de trein goed werken, of er voldoende stroom is en of er geen laagspanning is. Ook de druk in de trein is belangrijk om te controleren. Een ongeluk benadrukt het belang van al deze zorgvuldige handelingen en het begrip waarom ze nodig zijn.”
Hoe denk je dat de NS dit gaat oppakken voor de toekomst?
“De NS is alles aan het controleren en onderzoeken om te begrijpen hoe dit heeft kunnen gebeuren, omdat het spoor normaal gesproken zeer goed beveiligd is met verschillende systemen. Als er bijvoorbeeld een storing is in de stroomtoevoer of bovenleiding, gaan alle seinen op rood en kan er geen trein rijden. Ik ben benieuwd hoe ze dit gaan aanpakken en hopelijk zullen er snel verbeteringen worden aangebracht.”